Intitulé
Besluit van Staatsbosbeheer en Paviljoen de Leyen omtrent de passantenhaven nabij Paviljoen de Leijen eigendom Staatsbosbeheer;
Gelet op artikel 461. Wetboek van Strafrecht.
Zonder daartoe gerechtigd te zijn zich bevinden op eens anders grond waarvan de toegang aan hem verboden is wegens enige handeling in strijd met de toegangsvoorwaarden.
Besluiten:
De volgende nadere regels, opgenomen in het ‘Reglement passantenhaven nabij Paviljoen de Leijen’, vast te stellen in het belang van de openbare orde, volksgezondheid, veiligheid, milieuhygiëne en het aanzien van de gemeente en om beperkingen te stellen naar soort en aantal vaartuigen.
Reglement passantenhaven nabij Paviljoen de Leijen
Artikel 1 Soort vaartuigen
De passantenhaven nabij Paviljoen de Leijen is uitsluitend bestemd voor pleziervaartuigen met een maximale lengte van 15 meter. (toegestaan is maximaal één open bijboot met een lengte van ten hoogste 5 meter en een breedte van 2,5 meter mits deze langszij liggen bij het vaartuig waarvoor havengeld wordt betaald). Het is verboden met andere schepen ligplaats in de passantenhaven in te nemen.
Het is niet toegestaan met een (onbemand) vaartuig een ligplaats in te nemen met het doel dit vaartuig voor langere tijd buiten gebruik te stellen. Slechts vaartuigen die in goede staat van onderhoud verkeren kunnen in de haven worden toegelaten.
Artikel 2 Maximale ligduur
De passantenhaven is uitsluitend bestemd voor het kortstondig afmeren van pleziervaartuigen. De toegestane verblijfsduur in de passantenhaven is bepaald tot maximaal 3 achtereenvolgende dagen (3 x 24 uur) met een minimale tussentijd van tien dagen in de periode gelegen tussen 1 april en 1 november.
- Onverminderd het bepaalde is het verboden in openbaar water:
- met een vaartuig langer dan drie achtereenvolgende dagen (of dagdelen) dezelfde ligplaats in te
nemen;
- met een vaartuig binnen tien dagen na verplaatsing opnieuw dezelfde ligplaats in te nemen;
- een vaartuig langer dan acht achtereenvolgende uren onbemand te laten.
- Voor de periode als bedoeld in het eerste lid, aanhef en onder a, wordt:
- onder dag verstaan de periode van 0 tot 24 uur;
- ten aanzien van de eerste dag waarop ligplaats wordt ingenomen een gedeelte van de dag als een hele dag aangemerkt.
- Onder het innemen van dezelfde ligplaats als bedoeld in het eerste lid, aanhef en onder a, wordt gelijkgesteld het verplaatsen van het vaartuig op minder dan 500 meter hemelsbreed gemeten vanuit de oorspronkelijke ligplaats.
Artikel 3 Verbod ligplaatsen
Het is verboden zonder daartoe bevoegd te zijn in openbaar water;
- een ligplaats in te nemen op een afstand van minder dan 3 meter van een vóór de oever gelegen rietkraag.
- in de in (a) genoemde rietkraag, de oever dan wel de vaarweg te ankeren.
Artikel 4 Herstelwerkzaamheden
Het is verboden in de passantenhaven reparaties of onderhoud aan vaartuigen te verrichten of te
doen verrichten.
Artikel 5 Draaien van motoren en het gebruik generatoren en/of aggregaten
Het is verboden een motor, een generator of een aggregaat te laten draaien voor het opwekken van elektriciteit.
Artikel 6 Geluidshinder en veiligheid
Het is verboden tussen zonsondergang en zonsopgang ligplaats in te nemen, vaartuigen te
verplaatsen of de passantenhaven te verlaten.
Het is niet toegestaan roerende zaken op de kaden te plaatsen en deze kaden anders te gebruiken dan overeenkomstig het geldende bestemmingsplan.
Artikel 7 Verplichting vaart minderen
Het in- en uitvaren van de haven dient met gepaste snelheid (maximaal 5 km/u) te gebeuren
teneinde hinderlijke golfslag of zuiging te voorkomen.
Artikel 8 Milieuhygiëne
Het gebruik van de direct op het water lozend toilet is verboden.
Voor het verwijderen van afval of vuilnis dient gebruikt te worden gemaakt van de beschikbaar gestelde voorzieningen. Indien als gevolg van een ongeval, lekkage of anderszins oliën diesel, benzine, ander licht ontvlambare of verontreinigde stoffen overboord gaan of anderszins in het water terechtkomen, is de beheerder van een vaartuig verplicht dit onmiddellijk aan de gemeente te melden.
Artikel 9 Aansprakelijkheid
De rechthebbenden op de vaartuigen maken voor eigen risico gebruik van de passantenhaven. Zij dienen afdoende verzekerd te zijn tegen schade wegens brand of wettelijke aansprakelijkheid
anderszins en zijn verantwoordelijk voor door hen, hun vaartuig, bemanning of gasten veroorzaakte schade aan gemeentelijke eigendommen.
Gezonken schepen worden op kosten van de rechthebbenden uit de haven verwijderd.
Artikel 10 Brandveiligheid
De vaartuigen dienen te zijn uitgerust met een goed functionerende brandblusser.
Artikel 11 Gebruik water
Het wassen en afspoelen van vaartuigen en auto’s met leidingwater is verboden.
Artikel 12 Afmeren
De rechthebbenden op de vaartuigen dienen ervoor te zorgen dat de vaartuigen op deugdelijke wijze zijn afgemeerd. Je mag alleen afmeren op plaatsen die daarvoor ingericht zijn en niet op een manier die de vaarweg of andere vaartuigen hindert. De naam van de boot dient goed leesbaar te zijn. (volgen BPR artikel 2.02)
Artikel 13 Gebruiksregels
- 1.Van 22.30 uur tot de volgende ochtend om 07.00 uur dient de nachtrustperiode in acht te worden genomen. Ook daarbuiten is geluidshinder of anderszins hinderlijk gedrag verboden.
- 2.Eigenaars van huisdieren dienen ervoor te zorgen dat hun dieren de passantenhaven niet bevuilen.
Artikel 14 Ordebepaling
Degene die in strijd handelt met dit reglement of zich aan wangedrag schuldig maakt kan door Staatsbosbeheer of het college gelast worden zich ogenblikkelijk met zijn/haar vaartuig uit de passantenhaven te verwijderen, aan welke last onmiddellijk gevolg dient te worden gegeven.
Overtreding van het havenreglement is strafbaar gesteld in art artikel 461. Wetboek van Strafrecht
namelijk:
Zonder daartoe gerechtigd te zijn zich bevinden op eens anders grond waarvan de toegang aan hem verboden is wegens enige handeling in strijd met de toegangsvoorwaarden.
Ondertekening: Rottevalle, 26 mei 2025